Rif-oorlog en opstanden
De Riffijnen kwamen in 1920 in opstand tegen de Spaanse overheersing. De hoogopgeleide Abdelkrim El Khattabi wist de verschillende stammen te verenigen tegen het onderdrukkende beleid. Hij stichtte de zelfstandige staat Arrif, die door Spanje niet erkend werd. Het pand van waaruit hij zijn gebied aanstuurde, is nog te zien net buiten Ajdir. Er volgde een oorlog waarbij de Riffijnen een guerilla-oorlog voerden. Bij de beroemde slag om
Annual doodde Abdelkrim met zo’n drieduizend man vrijwel een complete legereenheid van twintigduizend soldaten. In 1926, tegen alle conventies in, zetten de Spanjaarden, in samenwerking met Frankrijk, gifgas in. Abdelkrim werd verbannen, de Riffijnen moesten zich wel overgeven.
In 1954 werd Marokko zelfstandig. De naam van de stad werd toen definitief Al Hoceima. Maar ondanks het eindelijk weer Marokkaanse beleid van het land, ging het de Riffijnen nog niet beter.
In 1958 stonden de Riffijnen opnieuw op. Ze moesten voortaan Arabisch en Frans spreken in plaats van hun eigen taal, het Tarifit, en Spaans. Op belangrijke posities zaten niet hun eigen mensen, maar aanhangers van sultan Mohammed V. De streek leed onder zware armoede. De opstand werd hard neergeslagen onder leiding van kroonprins Hassan II, zo hard dat met de vele doden en de vernietigde oogst de Jaren van Lood werden ingeluid.